Ruimteritten krijgen een nieuw coördinatensysteem

Ruimteritten krijgen een nieuw coördinatensysteem

In de toekomst, wanneer ruimtevaartuigen naar andere planeten worden gestuurd of de rotatie van de aarde beter bestuderen, zal een nieuw referentiekader worden gebruikt. 30 augustus op de vergadering van de Internationale Astronomische Unie heeft een nieuw internationaal coördinatensysteem ICRF3 aangenomen, waarmee nauwkeuriger de richting in de ruimte kan worden bepaald. Het is gebaseerd op een nauwkeurige meting van meer dan 4.000 extra-galactische radiobronnen.

Coördinatensysteem voor het universum

Het referentiesysteem is nodig om verschillende acties uit te voeren, zoals het meten van bergtoppen (de lengtegraad en breedtegraad van de aarde boven zeeniveau), dus een betrouwbaar coördinatensysteem moet worden overeengekomen om richtingen in de ruimte aan te geven. Het gebruik van vaste sterren lijkt niet langer een goed idee, omdat ze van tijd tot tijd enigszins verschoven zijn ten opzichte van elkaar. Dat wil zeggen dat u om de paar jaar een nieuw referentiesysteem moet schilderen om de vereiste nauwkeurigheid te behouden.

Maar de situatie verandert met extragalactische radiobronnen. We kennen honderdduizenden objecten in de ruimte die ongelooflijk intense langegolfstraling uitstralen. Dit zijn superzware zwarte gaten in het midden van verre sterrenstelsels (quasars), die soms miljarden lichtjaren ver van ons verwijderd zijn. Enorme afstanden maken deze stralingsbronnen ideaal voor het creëren van een wereldwijd referentiesysteem. Relatief kleine verschuivingen tussen quasars zijn aanwezig, maar spelen geen grote rol.

Vergelijking van verschillende telescopen

Het bereiken van maximale nauwkeurigheid is moeilijk. Het is niet voldoende om alleen een foto te maken met een radiotelescoop en de richting van de radiobron te lezen. Het is noodzakelijk om informatie van verschillende radiotelescopen te vergelijken, omdat elke bron een signaal met een bepaald ruisniveau uitzendt. Door de ruis op twee verschillende radiotelescopen tegelijkertijd te meten, kunt u nauwkeurig het tijdsverschil berekenen tussen de aankomst van een signaal op het eerste en tweede instrument, het berekenen van de richting. Berekeningen vereisen ook het werk van krachtige computers, zoals de Vienna VSC-3.

Door deze methode te gebruiken om radiobronnen in de sterrenhemel te lokaliseren, kunt u een nauwkeurigheid bereiken van maximaal 30 microhoekseconde. Het lijkt op het kijken naar een tennisbal op de maan vanaf de aarde. Tijdens de bijeenkomst werd besloten om deze zeer nauwkeurige kaart van radiobronnen te gebruiken als internationaal referentiesysteem om de locatie van astronomische objecten of ruimtevaartuigen aan te geven. Bovendien is het referentiesysteem nodig om je eigen planeet te bewaken, zoals de precessie van de rotatieas of de beweging van de polen.

Opmerkingen (0)
Zoeken